ECLI:NL:CRVB:2014:4014
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H. van Leeuwen
- Rechtspraak.nl
Ingangsdatum toeslag en bijzonder geval in het bestuursrecht
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen een uitspraak van de rechtbank Noord-Holland. De Centrale Raad van Beroep heeft op 17 november 2014 uitspraak gedaan in de zaak met nummer 13/2088 WAZ. Appellante had een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) die per 1 februari 2009 was geschorst omdat zij niet op het spreekuur van de verzekeringsarts was verschenen. Het Uwv had haar uitkering later opnieuw voortgezet, maar de ingangsdatum van een toeslag op basis van de Toeslagenwet (TW) was onderwerp van geschil. Appellante stelde dat haar geval als bijzonder moest worden aangemerkt, omdat zij pas na de uitspraak van de rechtbank op 25 november 2011 definitief aanspraak had op de WAZ-uitkering. De rechtbank had echter geoordeeld dat er geen sprake was van een bijzonder geval, omdat appellante eerder een aanvraag voor de toeslag had kunnen indienen. De Raad bevestigde deze uitspraak en oordeelde dat appellante niet in verzuim was geweest, maar dat haar omstandigheden geen bijzondere redenen opleverden om van de hoofdregel af te wijken. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en dat het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 17 november 2014.