ECLI:NL:CRVB:2014:3670
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor kosten expertise onderzoek in kader van WIA-uitkering
In deze zaak heeft appellante op 23 januari 2012 een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand op basis van de Wet werk en bijstand (WWB) voor de kosten van een expertise onderzoek ter hoogte van € 833,-. Dit onderzoek was volgens appellante noodzakelijk om haar kansen in een beroepsprocedure tegen een afwijzing van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) te vergroten. Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam heeft de aanvraag op 9 februari 2012 afgewezen, met de motivatie dat niet vaststaat dat een contra-expertise noodzakelijk is voor het gewenste resultaat in de beroepsprocedure. De rechtbank Amsterdam heeft de afwijzing van het college in een eerdere uitspraak op 30 oktober 2012 bevestigd, waarop appellante in hoger beroep is gegaan.
Tijdens de zitting op 18 februari 2014 heeft appellante haar standpunt toegelicht, bijgestaan door haar advocaat. Het college heeft zich laten vertegenwoordigen door een deskundige. Appellante betoogde dat een expertise onderzoek essentieel is om de medische beoordeling van de (bezwaar)verzekeringsarts te weerleggen. De Raad voor de Rechtspraak heeft in zijn overwegingen uiteengezet dat de procedure bij het Uwv voldoende waarborgen biedt en dat de wens om een deskundige in te schakelen niet voldoende is om de kosten van een expertise onderzoek als noodzakelijke kosten aan te merken.
De Raad heeft geconcludeerd dat de kosten van het expertise onderzoek niet als noodzakelijke kosten in de zin van artikel 35 van de WWB kunnen worden aangemerkt. De rechtbank heeft terecht geoordeeld dat de aanvraag om bijzondere bijstand voor deze kosten is afgewezen. Het hoger beroep van appellante is dan ook ongegrond verklaard en de aangevallen uitspraak is bevestigd. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.