ECLI:NL:CRVB:2014:3588
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- N.J. van Vulpen-Grootjans
- J.Th. Wolleswinkel
- G.P.A.M. Garvelink-Jonkers
- Rechtspraak.nl
Weigering van bevordering met terugwerkende kracht van defensieambtenaar
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 23 oktober 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De zaak betreft de weigering van de Minister van Defensie om een defensieambtenaar met terugwerkende kracht te bevorderen. De betrokkene, werkzaam bij de defensie, had verzocht om bevordering tot de rang van kapitein met terugwerkende kracht tot 16 februari 2007, na de bevordering van collega's. De Raad oordeelde dat de minister ten onrechte had gesteld dat de bevordering van de collega's geen nieuw feit was dat heroverweging rechtvaardigde. De Raad stelde vast dat de minister de regels van de Beleidsregel aanstelling, functietoewijzing en bevordering defensie (BAFBD) niet correct had toegepast. De Raad oordeelde dat de betrokkene recht had op bevordering tot de hogere rang, ongeacht het feit dat hij de functie niet meer vervulde ten tijde van het indienen van het verzoek. De Raad vernietigde het besluit van de minister en droeg deze op om de betrokkene met terugwerkende kracht te bevorderen. Tevens werd de minister veroordeeld in de proceskosten van de betrokkene, maar het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen.