ECLI:NL:CRVB:2014:2346
Centrale Raad van Beroep
- Tussenuitspraak bestuurlijke lus
- C. van Viegen
- J.F. Bandringa
- M. Hillen
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over intrekking van bijstand wegens verblijf in Spanje
In deze tussenuitspraak van de Centrale Raad van Beroep, gedateerd 8 juli 2014, wordt de intrekking van bijstand van een betrokkene besproken. De zaak betreft een appellant, het college van burgemeester en wethouders van Bergen, die de bijstand van de betrokkene heeft ingetrokken op basis van het argument dat deze veelvuldig in Spanje verbleef en niet in Nederland woonde. De betrokkene, die de Nederlandse nationaliteit heeft, heeft jarenlang in Spanje gewoond en is in 2006 naar Nederland teruggekeerd. De Raad stelt vast dat de appellant geen onderzoek heeft gedaan naar de feiten en omstandigheden zoals door de rechtbank was opgedragen. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de door appellant aangevoerde feiten niet voldoende waren om te concluderen dat de betrokkene zijn woonplaats niet in Nederland had. De Raad benadrukt dat het aan de appellant is om de nodige kennis over relevante feiten te vergaren en dat de last om aannemelijk te maken dat aan de voorwaarden voor intrekking is voldaan, in beginsel op het bijstandverlenend orgaan rust. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en draagt de appellant op om de gebreken in het besluit van 10 december 2013 te herstellen. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldig onderzoek naar de woonomstandigheden van de betrokkene en de noodzaak om de sociale contacten en zorgbehoeften van de betrokkene in kaart te brengen. De Raad geeft aan dat de appellant zich moet beperken tot het onderzoeken van de stortingen en het verblijf van de betrokkene in Spanje, om te bepalen of het verblijf de toegestane periode overschrijdt.