ECLI:NL:CRVB:2014:2102
Centrale Raad van Beroep
- Tussenuitspraak bestuurlijke lus
- D.J. van der Vos
- J.S. van der Kolk
- J. Riphagen
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over de ontvangst van besluiten in het kader van de Wajong-uitkering
In deze tussenuitspraak van de Centrale Raad van Beroep op 11 juni 2014, met zaaknummer 12/5730 Wajong-T, wordt de kwestie behandeld van de ontvangst van besluiten door appellante, die een Wajong-uitkering ontving. Appellante had gesteld dat zij de besluiten van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) niet had ontvangen, wat door de Raad niet als ongeloofwaardig werd beschouwd. De Raad oordeelde dat het Uwv niet kon aantonen dat de besluiten daadwerkelijk waren verzonden, aangezien er geen bewijs van verzending bestond. Dit leidde tot de conclusie dat het Uwv ten onrechte had aangenomen dat de uitkering rechtsgeldig was geschorst en beëindigd.
De zaak begon toen appellante op 21 september 2009 meldde dat zij minder ging werken en vroeg naar de gevolgen voor haar Wajong-uitkering. Het Uwv had daarop verschillende besluiten genomen, maar appellante had niet gereageerd op eerdere correspondentie. Na een verzoek van haar broer om informatie over de uitkering, werden er besluiten genomen die de uitkering herstelden, maar ook terugvorderingen met zich meebrachten. Appellante ging in beroep tegen deze besluiten, waarbij de rechtbank de niet-ontvankelijkheid van haar bezwaar tegen de herberekening vernietigde.
In hoger beroep herhaalde appellante haar standpunt over het niet ontvangen van de brieven en stelde zij dat de heropening van haar uitkering met terugwerkende kracht moest plaatsvinden. De Raad oordeelde dat het Uwv het risico van niet-ontvangen besluiten op zich had genomen, omdat het niet kon aantonen dat de besluiten waren verzonden. De Raad droeg het Uwv op om het geconstateerde gebrek binnen zes weken te herstellen en om te reageren op de beroepsgrond van appellante met betrekking tot de berekening van de Wajong-uitkering.