Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen een besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) waarin zij geschikt werd geacht voor arbeid in de zin van de Ziektewet (ZW) na een periode van ziekte. Appellante had zich ziek gemeld op 10 mei 2010 met rugklachten, na eerder een uitkering te hebben ontvangen op basis van de Wet arbeid en zorg (WAZO) in verband met zwangerschap en bevalling. Het Uwv had op 24 september 2010 besloten dat appellante per 27 september 2010 weer geschikt was voor haar arbeid. Dit besluit werd bestreden door appellante, die van mening was dat haar beperkingen niet goed waren ingeschat.
De rechtbank Amsterdam verklaarde het beroep van appellante tegen het bestreden besluit ongegrond, waarbij zij de rapporten van de bezwaarverzekeringsarts als doorslaggevend beschouwde. Appellante stelde in hoger beroep dat zij door haar lichamelijke en psychische klachten niet in staat was om de haar in 2006 geduide functies te vervullen, met name die van inpakker en productiemedewerker. Ze voerde aan dat het Uwv haar beperkingen had onderschat en dat er onvoldoende waarde was gehecht aan de door haar overgelegde medische informatie.
De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de bezwaarverzekeringsarts voldoende medische informatie had om een gewogen oordeel te geven over de belastbaarheid van appellante. De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was om een deskundige te raadplegen en dat het hoger beroep van appellante niet slaagde. De aangevallen uitspraak werd bevestigd en het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen.