ECLI:NL:CRVB:2014:1095
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K. Wentholt
- R.E. Bakker
- J. Riphagen
- Rechtspraak.nl
Toekenning WGA-loonaanvullingsuitkering met vaststelling van arbeidsongeschiktheid
In deze zaak gaat het om de toekenning van een WGA-loonaanvullingsuitkering aan appellant, die eerder een loongerelateerde WGA-uitkering ontving. Appellant, die als schoonmaker werkte, ontving sinds 28 juli 2009 een loongerelateerde WGA-uitkering op basis van een arbeidsongeschiktheidsklasse van 80 tot 100%. Na het verstrijken van de loongerelateerde uitkeringsperiode op 30 juni 2011, heeft een verzekeringsarts van het Uwv vastgesteld dat appellant benutbare mogelijkheden heeft, maar dat deze onderhevig zijn aan beperkingen door psychische en fysieke klachten. De mate van arbeidsongeschiktheid werd vastgesteld op 52,62%. Het Uwv wijzigde vervolgens de arbeidsongeschiktheid van appellant van 80 tot 100% naar 35 tot 80% en beëindigde de loongerelateerde WGA-uitkering per 28 januari 2012, waarna appellant recht kreeg op een WGA-loonaanvullingsuitkering.
Appellant maakte bezwaar tegen deze besluiten, wat leidde tot een bestreden besluit van 3 april 2012, waarin het Uwv het bezwaar gegrond verklaarde en de loongerelateerde WGA-uitkering met terugwerkende kracht beëindigde. Appellant stelde in beroep dat hem ten onrechte geen IVA-uitkering was toegekend. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en onderschreef het standpunt van het Uwv dat er een meer dan geringe kans op herstel bestond, gebaseerd op een verklaring van de behandelend psychiater.
In hoger beroep herhaalde appellant zijn eerdere standpunten. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat er geen duurzame arbeidsongeschiktheid was aangetoond, zoals bedoeld in artikel 4 van de Wet WIA. De Raad bevestigde de conclusie van de rechtbank dat er een meer dan geringe kans op herstel was, en dat de medische onderbouwing van het bestreden besluit voldoende was. De Raad besloot het hoger beroep niet te honoreren en bevestigde de aangevallen uitspraak, zonder aanleiding voor een proceskostenveroordeling.