ECLI:NL:CRVB:2013:CA2822
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.J.A. Kooijman
- E. Blijleven-de Vries
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht inzake proceskostenvergoeding
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 11 juni 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Maastricht van 9 maart 2011. De appellanten, vertegenwoordigd door mr. L. Bovenkamp, hebben hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maastricht. Het college had op 22 september 2009 een volledige arbeidsverplichting opgelegd aan eiseres, maar op 21 november 2012 werd een nieuw besluit genomen dat een ontheffing van deze verplichtingen inhield, gebaseerd op een nieuw onderzoek. De Raad oordeelde dat er geen aanleiding was voor vergoeding van de proceskosten, omdat de appellanten niet aannemelijk hadden gemaakt dat het hoger beroep was ingetrokken omdat het college hen tegemoet was gekomen. De Raad heeft vastgesteld dat het hoger beroep door mr. Bovenkamp was ingetrokken en dat er een verzoek om proceskostenvergoeding was ingediend. De Raad heeft de beslissing van het college om geen proceskosten te vergoeden bevestigd, omdat de nieuwe feiten en omstandigheden pas na de eerdere uitspraak aan de orde waren gekomen. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de betrokken rechters.