ECLI:NL:CRVB:2013:BY8180
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- T. Hoogenboom
- I.M.J. Hilhorst-Hagen
- E.J. Govaers
- Rechtspraak.nl
Toekenning studiefinanciering voor buitenlandse opleiding en de rol van Nuffic
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 11 januari 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage. De appellant, A. te B., had hoger beroep ingesteld tegen het besluit van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, dat hem enkel studiefinanciering in de vorm van een lening toekende voor zijn studie Marketing and Management aan de Loughborough University in Engeland. De Minister baseerde zijn besluit op een advies van de Nuffic, waarin werd gesteld dat de opleiding niet voldeed aan de criteria van de Wet studiefinanciering 2000 (Wsf 2000). De rechtbank had het beroep van de appellant ongegrond verklaard, wat de appellant in hoger beroep aanvecht.
De Raad beoordeelt of de Minister terecht heeft geoordeeld dat de opleiding niet het niveau van wetenschappelijk onderwijs heeft. De Nuffic had in haar advies vastgesteld dat de opleiding een postinitiële masteropleiding betreft, waarvoor geen recht op studiefinanciering bestaat. De Raad volgt de Nuffic in haar oordeel dat de opleiding niet voldoet aan de criteria van artikel 2.14, tweede lid, van de Wsf 2000. De Raad wijst op de verschillen in toelatingseisen en het ontbreken van een dissertatie in vergelijking met Nederlandse WO-masteropleidingen.
De Raad concludeert dat het hoger beroep van de appellant niet slaagt en bevestigt de aangevallen uitspraak. De Raad oordeelt dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en de appellant was aanwezig, vergezeld van zijn moeder, terwijl de Minister vertegenwoordigd werd door drs. P.M.S. Slagter.