Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het besluit van 24 januari 2011 en bepaalt dat de rechtsgevolgen
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 3 juli 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank 's-Hertogenbosch. De appellante, A. te B., had bijzondere bijstand aangevraagd voor de kosten van gemeentelijke belastingen en een aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over 2007. De aanvragen werden afgewezen omdat de kosten ten tijde van de indiening reeds waren voldaan. De Raad oordeelde dat de afwijzing van de aanvragen op deze grond niet terecht was, aangezien het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven een beleid voerde dat aanvragers van bijzondere bijstand tot achttien maanden na de betaling van kosten bijzondere bijstand konden aanvragen. Dit beleid werd als buitenwettelijk begunstigend beschouwd en de Raad oordeelde dat het college dit beleid niet consistent had toegepast.
De Raad stelde vast dat gemeentelijke belastingen behoren tot de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan en dat appellante niet voldoende had onderbouwd dat zij zich in een bijzondere situatie bevond die recht gaf op bijzondere bijstand. Wat betreft de aanslag inkomstenbelasting over 2007 oordeelde de Raad dat appellante in dat jaar inkomsten had die de bijstandsnorm overschreden, waardoor zij geen recht had op bijzondere bijstand voor deze kosten. De Raad vernietigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep gegrond, waarbij de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand werden gelaten. Tevens werd het college veroordeeld in de proceskosten van appellante.