ECLI:NL:CRVB:2013:2410
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering van financiële ondersteuning op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 13 november 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Breda. De appellant had een aanvraag ingediend voor financiële ondersteuning op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) om een huurschuld te betalen. Het college van burgemeester en wethouders van Halderberge heeft deze aanvraag op 26 juli 2010 afgewezen, met als argument dat de betaling van huurschuld niet onder de compensatieplicht van artikel 4 van de Wmo valt. Daarnaast werd gesteld dat artikel 13, eerste lid, aanhef en onder f, van de Wet werk en bijstand de verlening van bijzondere bijstand voor gemaakte schulden in de weg staat.
Na de afwijzing heeft de appellant bezwaar aangetekend, maar dit bezwaar werd op 30 november 2010 ongegrond verklaard. De rechtbank heeft in haar uitspraak van 17 oktober 2011 het beroep van de appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard en het beroep voor het overige niet-ontvankelijk verklaard. In hoger beroep heeft de appellant dezelfde gronden aangevoerd als in de eerdere procedure.
De Centrale Raad van Beroep heeft de gronden die in beroep zijn aangevoerd en in hoger beroep zijn herhaald, als afdoende besproken en gemotiveerd. De Raad onderschrijft het oordeel van de rechtbank en concludeert dat het hoger beroep niet slaagt. De aangevallen uitspraak wordt bevestigd, en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan door J. Brand, in tegenwoordigheid van M.P. Ketting als griffier, en is openbaar uitgesproken op 13 november 2013.