ECLI:NL:CRVB:2013:2272
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R. Kooper
- J.N.A. Bootsma
- C.H. Bangma
- Rechtspraak.nl
Vernietiging besluit over vervangende operationele toelage voor politieambtenaar na ziekte
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 31 oktober 2013 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een politieambtenaar, appellante, tegen een besluit van de korpschef van de politieregio Haaglanden. Appellante, werkzaam als aspirant bij de politie, had een ongeval gehad op 4 oktober 2010, waardoor zij tijdelijk arbeidsongeschikt was. De korpschef had de vervangende operationele toelage voor appellante vastgesteld op basis van een berekeningswijze die niet in overeenstemming was met de geldende regelgeving. Appellante stelde dat de korpschef bij de vaststelling geen theoretische opleidingsdelen had mogen betrekken en dat de hoogte van de vervangende operationele toelage berekend moest worden over het werkelijk ontvangen bedrag gedurende de relevante perioden.
De Raad oordeelde dat de korpschef in strijd had gehandeld met de artikelen 14 en 50 van het Besluit bezoldiging politie (Bbp). De Raad stelde vast dat de operationele toelage alleen van toepassing is tijdens de praktische opleidingsdelen en dat de berekening van de vervangende operationele toelage dient te geschieden op basis van de daadwerkelijk genoten toelage in de drie perioden van vier weken voorafgaand aan de ziekte. De Raad vernietigde het besluit van de korpschef en de eerdere uitspraak van de rechtbank, en verplichtte de korpschef om een nieuwe berekening te maken van de aan appellante te verstrekken vervangende operationele toelage.
Daarnaast werd de korpschef veroordeeld in de proceskosten van appellante, die in totaal € 1.888,- bedroegen, en diende het griffierecht van € 384,- aan appellante vergoed te worden. Deze uitspraak benadrukt het belang van correcte toepassing van de regelgeving omtrent de bezoldiging van politieambtenaren, vooral in situaties van ziekte en arbeidsongeschiktheid.