ECLI:NL:CRVB:2012:BY7836
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- R. Kooper
- B.J. van de Griend
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van de ingangsdatum van WUV-uitkering en DMV-voorziening
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 20 december 2012 uitspraak gedaan in het geding tussen appellanten, [A. te B.], en de Raad van Bestuur van de Sociale verzekeringsbank. Het beroep was gericht tegen een besluit van verweerder van 9 mei 2011, dat betrekking had op de toepassing van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 (Wuv). Betrokkene, die in 1934 in het toenmalige Nederlands-Indië was geboren, had in juni 1999 een aanvraag ingediend voor een periodieke uitkering en voorzieningen op grond van de Wuv. Deze aanvraag was in 2000 afgewezen, omdat niet was komen vast te staan dat zij ondergedoken had gezeten tijdens de Japanse bezetting.
In maart 2007 verzocht betrokkene om herziening van het eerdere besluit, waarbij zij aanvoerde dat haar zuster als vervolgde was erkend. Dit leidde tot een herziening van het besluit in 2008, waarbij betrokkene werd erkend als vervolgde en een uitkering met terugwerkende kracht werd toegekend. Echter, de ingangsdatum van deze uitkering en de DMV-voorziening werd vastgesteld op 1 maart 2007, wat betrokkene niet bevredigde. Zij stelde dat de ingangsdatum eerder had moeten zijn, namelijk op 31 augustus 1999, de datum van haar eerste aanvraag.
De Raad oordeelde dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren aangevoerd die een herziening van het besluit rechtvaardigden. De eerdere besluiten waren in rechte onaantastbaar geworden en de Raad kon het bestreden besluit slechts met terughoudendheid toetsen. De Centrale Raad van Beroep verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gedaan op 20 december 2012.