ECLI:NL:CRVB:2012:BY0125
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- T. Hoogenboom
- Rechtspraak.nl
Weigering van WAO-uitkering op basis van medische gegevens en wettelijke wachttijd
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 12 oktober 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep over de weigering van een WAO-uitkering aan betrokkene. De Raad heeft vastgesteld dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) op basis van de medische gegevens en het dossier niet heeft kunnen vaststellen dat de arbeidsongeschiktheid van betrokkene is toegenomen binnen vijf jaar na de eerdere weigering van de WAO-uitkering. Betrokkene voldeed niet aan de wettelijke wachttijd van 52 weken, wat een vereiste is voor toekenning van de uitkering.
De procedure begon met een besluit van het Uwv op 15 augustus 1991, waarin de uitkering aan betrokkene werd geweigerd omdat zijn arbeidsongeschiktheid minder dan 15% bedroeg. Deze beslissing werd in rechte onaantastbaar verklaard door een eerdere uitspraak van de Raad op 18 december 1996. Betrokkene heeft in 2008 opnieuw een aanvraag ingediend voor een WAO-uitkering, maar het Uwv heeft in 2009 vastgesteld dat er geen toename van arbeidsongeschiktheid was.
De rechtbank Amsterdam heeft in een eerdere uitspraak op 11 mei 2011 het beroep van betrokkene tegen het besluit van het Uwv gegrond verklaard, maar de Centrale Raad van Beroep heeft deze uitspraak vernietigd. De Raad oordeelde dat betrokkene niet voldeed aan de vereisten van artikel 43a van de WAO, omdat er geen medische beperkingen waren vastgesteld die voortkwamen uit dezelfde ziekteoorzaak als eerder. De Raad heeft het hoger beroep van het Uwv gegrond verklaard en het beroep van betrokkene ongegrond verklaard, zonder aanleiding voor proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door T. Hoogenboom, met J.R. Baas als griffier, en is openbaar uitgesproken op 12 oktober 2012.