ECLI:NL:CRVB:2012:BX9609

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
4 oktober 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
11-3156 AW-T
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Ambtenarenrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenuitspraak over functiewaardering en indeling van medewerker interne controle bij gemeente Hof van Twente

In deze tussenuitspraak van de Centrale Raad van Beroep, gedateerd 4 oktober 2012, wordt het hoger beroep van appellant, werkzaam als medewerker interne controle bij de gemeente Hof van Twente, behandeld. Appellant heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Almelo van 13 april 2011, waarin het beroep tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Hof van Twente ongegrond werd verklaard. Het college had in een besluit van 26 mei 2009 de functie van appellant ingedeeld in de functiefamilie Vakspecialist, bandbreedte C, met salarisschaal 8, en stelde dat voor de controlewerkzaamheden van de medewerker interne controle een mbo-niveau volstaat.

De Raad overweegt dat de indeling van de functie van appellant niet deugdelijk is gemotiveerd. Appellant heeft betoogd dat voor zijn werkzaamheden een hbo-niveau vereist is, omdat hij niet alleen procesmatig werkt, maar ook de rechtmatigheid en doelmatigheid van besluiten controleert. De Raad wijst erop dat de functiebeschrijving uit 2002 specifieke kerntaken bevat die een breder inhoudelijk onderzoek vereisen, wat niet kan worden uitgevoerd met alleen mbo-niveau. De Raad draagt het college op om binnen twaalf weken het gebrek in het besluit van 15 december 2009 te herstellen, rekening houdend met de overwegingen van de Raad.

De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige functiewaardering en de noodzaak om de vereiste kwalificaties voor functies in de publieke sector goed te onderbouwen. De Raad concludeert dat de huidige indeling van de functie van appellant niet houdbaar is, gezien de aard van zijn werkzaamheden en de vereiste kennis en vaardigheden.

Uitspraak

11/3156 AW-T
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Tussenuitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Almelo van 13 april 2011, 10/128 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[A. te B.]
het college van burgemeester en wethouders van Hof van Twente (college)
Uitspraak datum: 4 oktober 2012
PROCESVERLOOP
Appellant heeft hoger beroep ingesteld.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 23 augustus 2012. Appellant is verschenen. Het college heeft zich laten vertegenwoordigen door R. de Groot.
OVERWEGINGEN
1. Appellant is werkzaam in de functie van medewerker interne controle/debiteuren WIZ (medewerker interne controle) bij de gemeente Hof van Twente. Bij besluit van 26 mei 2009 heeft het college deze functie per 1 januari 2005 ingedeeld in de functiefamilie Vakspecialist, bandbreedte C, met bijbehorende salarisschaal 8.
1.1. Bij besluit van 15 december 2009 (bestreden besluit) heeft het college het door appellant tegen het besluit van 26 mei 2009 gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Voor de motivering is verwezen naar het advies van de bezwarencommissie functiewaardering en -indeling gemeente Hof van Twente (bezwaarcommissie) van 23 oktober 2009. In dit advies staat onder andere dat voor de werkzaamheden van de medewerker interne controle een mbo-niveau volstaat, nu die werkzaamheden een signalerend karakter hebben en plaatsvinden in de voorbereidende sfeer. Voor de controle op rechtmatigheid en doelmatigheid c.q. de interne controle is specialistische kennis nodig op een mbo werk- en denkniveau.
2. De rechtbank heeft bij de aangevallen uitspraak het beroep tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard. Volgens de rechtbank kan niet worden gezegd dat de indeling van de functie van appellant in de functiefamilie Vakspecialist, bandbreedte C (schaal 8) onhoudbaar moet worden geacht. De werkzaamheden van appellant zijn vooral uitvoerend en beleidsvoorbereidend van aard, terwijl er geen sprake is van direct samenspel met beleidsfunctionarissen. Verder geldt dat de controle die appellant uitvoert op het werk van hoger ingeschaalde consulenten, procesmatig van aard is en dat specialistische kennis op mbo-niveau daarvoor toereikend is.
3. Appellant heeft zich op het standpunt gesteld dat voor de werkzaamheden in de functie van medewerker interne controle een hbo-niveau nodig is en dat die functie daarom moest worden ingedeeld in bandbreedte B, met bijbehorende salarisschaal 9. De uit te voeren controles zijn niet alleen procesmatig van aard; hij controleert de rechtmatigheid en de doelmatigheid van besluiten, signaleert onvolkomenheden en initieert vervolgstappen.
4. Naar aanleiding van hetgeen partijen hebben aangevoerd overweegt de Raad als volgt.
4.1. Bij de indeling van de functie van medewerker interne controle in de functiefamilie Vakspecialist, bandbreedte C (schaal 8) is het college uitgegaan van de functiebeschrijving uit 2002. In die functiebeschrijving staat onder het kopje ‘Functie-eisen’ mbo/hbowerk- en denkniveau. Er zijn zes specifieke kerntaken opgesomd. De eerste kerntaak is dat de medewerker onderzoek verricht naar de rechtmatige en doelmatige uitvoering van aan de afdeling opgedragen wet- en regelgeving en interne en externe rapportages opstelt. De derde kerntaak is dat de medewerker onderzoek verricht naar werkprocessen en de toepassing daarvan en voorstellen tot verbetering doet. De Raad gaat ervan uit dat eerstgenoemde kerntaak ziet op een breed inhoudelijk onderzoek, nu dit zowel op rechtmatigheid- als doelmatigheidsaspecten is gericht.
4.2. Appellant heeft herhaaldelijk op uitvoerige wijze beschreven wat zijn werkzaamheden werkelijk inhouden. Hij heeft talrijke voorbeelden gegeven van de door hem te verrichten - inhoudelijke - controlewerkzaamheden. Daarbij heeft hij gesteld dat zijn controlewerkzaamheden ongeveer 100 zaken per jaar bestrijken, waarmee zo’n 80% van zijn werktijd is gemoeid. Appellant heeft bovendien een vakinhoudelijke scholing gehad met het oog op de controlewerkzaamheden. De Raad heeft geen reden om aan de verklaringen van appellant te twijfelen, nu de vertegenwoordiger van het college deze niet heeft weersproken maar op een aantal punten zelfs heeft bevestigd.
4.3. Gelet vooral op de in de functiebeschrijving genoemde kerntaken in combinatie met de verklaringen van appellant over de aard en inhoud van zijn controlewerkzaamheden, kon het college niet simpelweg volstaan met de conclusie dat voor de door de medewerker interne controle te verrichten (controle)werkzaamheden een mbo-niveau (met specialistische kennis) toereikend is. Er van uitgaande dat appellant het werk van de consulente, voor wie een hbo-niveau is vereist, ook inhoudelijk moet controleren, is niet direct in te zien dat in de functie van appellant met een mbo-niveau kan worden volstaan. Dat betekent dat het bestreden besluit niet deugdelijk is gemotiveerd.
5. Met toepassing van artikel 21, zesde lid, van de Beroepswet zal de Raad het college opdragen om binnen twaalf weken na verzending van deze tussenuitspraak het onder 4.3 genoemde gebrek in het bestreden besluit te herstellen.
BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep draagt het college op om binnen twaalf weken na verzending van deze tussenuitspraak het gebrek in het besluit van 15 december 2009 te herstellen met inachtneming van hetgeen de Raad heeft overwogen.
Deze uitspraak is gedaan door J.G. Treffers als voorzitter en J.Th. Wolleswinkel en J.N.A Bootsma als leden, in tegenwoordigheid van A.C. Oomkens als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 4 oktober 2012.
(getekend) J.G. Treffers
(getekend) A.C. Oomkens
HD