ECLI:NL:CRVB:2012:BX6670
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor kosten reeds voldaan
In deze zaak heeft appellante, A. te B., hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Breda, die op 2 augustus 2010 haar beroep tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam ongegrond had verklaard. De zaak betreft een aanvraag voor bijzondere bijstand voor kosten van griffierechten en eigen bijdrage voor gefinancierde rechtshulp, ingediend op 20 oktober 2009. Het college heeft deze aanvraag op 5 november 2009 afgewezen, omdat de kosten al op 13 oktober 2009 door appellante waren voldaan. Het college stelde dat er geen recht op bijstand bestond, aangezien de kosten al waren gedekt voordat de aanvraag werd ingediend.
De rechtbank heeft het beroep van appellante tegen het besluit van het college ongegrond verklaard. In hoger beroep heeft appellante aangevoerd dat de kosten zich wel degelijk op 20 oktober 2009 hebben voorgedaan, omdat haar zoon het bedrag had voorgeschoten en zij dit aan hem moest terugbetalen. De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de kosten reeds waren voldaan vóór de indiening van de aanvraag. Volgens de wet en de geldende rechtspraak is er in beginsel geen plaats voor bijstandsverlening voor kosten die al zijn voldaan.
De Raad heeft geconcludeerd dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat er geen uitzonderlijke omstandigheden zijn die een afwijking van deze regel rechtvaardigen. Het hoger beroep van appellante is dan ook afgewezen en de aangevallen uitspraak is bevestigd. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.