ECLI:NL:CRVB:2012:BX6110
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor porseleinen kroon op basis van Zorgverzekeringswet
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Dordrecht, waarin de afwijzing van een aanvraag voor bijzondere bijstand voor de kosten van een porseleinen kroon werd bevestigd. Appellante, die sinds 1985 bijstand ontvangt, had op 29 oktober 2009 bijzondere bijstand aangevraagd voor de vervanging van een kroon, waarvan de kosten op € 545,20 werden geschat. Een deel van deze kosten zou vergoed worden door haar zorgverzekeraar. De Bestuurscommissie Sociale Dienst Drechtsteden heeft de aanvraag op 5 november 2009 afgewezen, met als argument dat de kosten voor de tandheelkundige behandeling niet vergoed worden op basis van de Zorgverzekeringswet (Zvw). De rechtbank heeft het beroep tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, waarbij zij het beleid van de Bestuurscommissie niet als kennelijk onredelijk heeft aangemerkt.
In hoger beroep heeft appellante aangevoerd dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat zij niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij om medische redenen een porseleinen kroon nodig heeft. Appellante betoogde dat het beleid van de Bestuurscommissie, dat alleen een kroon van plastisch materiaal vergoedt, strijdig is met het gelijkheidsbeginsel, aangezien in andere regio's wel een vergoeding voor porseleinen kronen wordt gegeven. De Raad voor de Rechtspraak heeft in zijn overwegingen bevestigd dat de Zvw in beginsel als een voorliggende, toereikende en passende voorziening wordt beschouwd en dat de kosten van de porseleinen kroon als niet noodzakelijk worden aangemerkt.
De Raad concludeert dat de Bestuurscommissie de aanvraag om bijzondere bijstand op consistente wijze heeft beoordeeld aan de hand van haar beleid. Het hoger beroep van appellante wordt afgewezen, en de aangevallen uitspraak wordt bevestigd, met verbetering van gronden. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.