ECLI:NL:CRVB:2012:BW6262
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.M. van der Kade
- T.L. de Vries
- H.J. Simon
- Rechtspraak.nl
Weigering toekenning kinderbijslag en niet-ontvankelijkheid hoger beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 mei 2012 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam. Appellante had hoger beroep ingesteld tegen een besluit van de Sociale verzekeringsbank (Svb) dat kinderbijslag over het eerste kwartaal van 2009 was geweigerd. De Svb had in een eerder besluit vastgesteld dat appellante op de peildatum van dat kwartaal niet als ingezetene werd beschouwd volgens de Algemene Kinderbijslagwet (AKW).
Tijdens de procedure heeft de Svb op 21 maart 2012 medegedeeld dat zij het bestreden besluit had ingetrokken en appellante alsnog als ingezetene zou beschouwen op de peildatum van het eerste kwartaal 2009. Hierdoor was de Centrale Raad van Beroep van mening dat appellante geen belang meer had bij een beoordeling van het geschil in hoger beroep, wat leidde tot de niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep.
De Raad heeft tevens geoordeeld dat de Svb op grond van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht in de proceskosten van appellante moest worden veroordeeld. De totale kosten voor verleende rechtsbijstand in beroep en hoger beroep werden begroot op € 1311,-. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met M.M. van der Kade als voorzitter, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.