ECLI:NL:CRVB:2012:BW0829
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Ch. van Voorst
- J. Riphagen
- J.J.T. van den Corput
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag om vergoeding van kosten van hoortoestellen door het Uwv
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 april 2012 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de beslissing van de rechtbank Haarlem. Appellant had een aanvraag ingediend bij het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) voor vergoeding van de kosten van hoortoestellen. Het Uwv had deze aanvraag afgewezen, omdat de aanvraag meer dan een jaar na de aanschaf van de hoortoestellen was ingediend. De rechtbank heeft het beroep van appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, en appellant is in hoger beroep gegaan.
De Raad heeft het beleid van het Uwv beoordeeld, dat stelt dat kosten voor een eenmalige voorziening alleen vergoed kunnen worden als de aanvraag binnen een jaar na de aanschaf wordt ingediend. Appellant voerde aan dat hij niet was geïnformeerd over de mogelijkheid om een aanvraag te doen en dat het beleid niet gepubliceerd was. De Raad oordeelde echter dat deze omstandigheden niet als bijzonder konden worden aangemerkt en dat het Uwv binnen de grenzen van een redelijke beleidsbepaling had gehandeld.
De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die aanleiding gaven om van het beleid af te wijken. De late indiening van de aanvraag was te wijten aan het feit dat appellant pas later was geïnformeerd over de mogelijkheid van een vergoeding. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en dat de aangevallen uitspraak moest worden bevestigd. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.