ECLI:NL:CRVB:2011:BT6778
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.C. Bruning
- P.W.J. Hospel
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift niet-ontvankelijk verklaard wegens termijnoverschrijding
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam, die op 23 december 2010 haar beroep ongegrond had verklaard. De zaak betreft een bezwaar dat appellante had ingediend tegen een besluit van het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, waarin haar werd meegedeeld dat haar tijdelijke aanstelling als administratief medewerkster per 1 maart 2010 zou eindigen. Appellante had op 26 februari 2010 bezwaar gemaakt, maar het college verklaarde dit bezwaar niet-ontvankelijk omdat het bezwaarschrift te laat was ingediend. De rechtbank bevestigde deze beslissing.
In hoger beroep voerde appellante aan dat de termijnoverschrijding verschoonbaar was, omdat zij van mening was dat zij reeds een vaste aanstelling had verworven op basis van de Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam. De Centrale Raad van Beroep oordeelde echter dat de bezwaartermijn van zes weken was overschreden, aangezien het bezwaarschrift pas op 26 februari 2010 was ingediend, terwijl de termijn op 19 februari 2010 was geëindigd. De Raad stelde vast dat de inhoudelijke gronden van appellante pas aan de orde konden komen nadat de ontvankelijkheid van het bezwaarschrift was vastgesteld.
De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat appellante niet had aangetoond dat de termijnoverschrijding haar niet kon worden tegengeworpen. De Raad concludeerde dat het college terecht het bezwaar niet-ontvankelijk had verklaard en dat het hoger beroep van appellante niet slaagde. De uitspraak werd gedaan door M.C. Bruning als voorzitter en P.W.J. Hospel als griffier, en werd openbaar uitgesproken op 29 september 2011.