ECLI:NL:CRVB:2011:BT2524
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- T. Hoogenboom
- T.L. de Vries
- J. Brand
- Rechtspraak.nl
Juridische beoordeling van de dagloonberekening voor een Ziektewetuitkering van een starter/herintreder
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 16 september 2011 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 27 mei 2010. De zaak betreft de berekening van het dagloon van betrokkene, die een Ziektewetuitkering heeft aangevraagd na een scooterongeval op 3 april 2009. Betrokkene had tijdens haar VWO-opleiding verschillende bijbaantjes en was vanaf 19 januari 2009 in dienst bij een B.V. voor gemiddeld 30 uur per week. Het Uwv had betrokkene een Ziektewetuitkering toegekend op basis van een dagloon van €14,41, maar betrokkene werd niet als starter aangemerkt volgens artikel 6 van het Besluit dagloonregels werknemersverzekeringen.
De rechtbank heeft het beroep van betrokkene tegen het besluit van het Uwv gegrond verklaard, omdat zij van mening was dat de werkzaamheden die betrokkene tijdens haar studie had verricht niet in aanmerking mochten worden genomen bij de dagloonvaststelling. De rechtbank oordeelde dat betrokkene wel degelijk als starter moest worden aangemerkt, wat leidde tot vernietiging van het besluit van het Uwv.
In hoger beroep heeft de Centrale Raad van Beroep de uitspraak van de rechtbank vernietigd. De Raad oordeelde dat het begrip starter/herintreder in artikel 6 van het Besluit uitsluitend betrekking heeft op personen die gedurende de referteperiode geen loon uit dienstbetrekking hebben ontvangen. Aangezien betrokkene vanaf de aanvang van de referteperiode tot en met de eerste volle maand loon heeft ontvangen, kon zij niet als starter worden aangemerkt. De Raad concludeerde dat het Uwv het dagloon op juiste wijze had berekend en verklaarde het beroep van betrokkene ongegrond.
De uitspraak benadrukt de noodzaak om de juiste criteria toe te passen bij de beoordeling van de status van een starter/herintreder in het kader van de Ziektewetuitkering. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.