ECLI:NL:CRVB:2010:BO2450
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.C. Stam
- C.P.M. van de Kerkhof
- N.J.E.G. Cremers
- Rechtspraak.nl
Toekenning van WGA-uitkering en beoordeling van arbeidsongeschiktheid
In deze zaak gaat het om de toekenning van een WGA-uitkering aan appellante, die sinds 25 oktober 2005 wegens psychische klachten niet meer in staat is om haar werkzaamheden als basisdocent Nederlands uit te voeren. De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Utrecht van 5 januari 2010, waarin de rechtbank de medische en arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit van het Uwv heeft bevestigd. De rechtbank heeft de deskundige, dr. J.W.G. Meissner, ingeschakeld om de beperkingen van appellante te beoordelen. De Raad oordeelt dat de rechtbank op goede gronden het rapport van de deskundige heeft gevolgd en dat de geschiktheid van de geduide functies voldoende is toegelicht.
De Raad bevestigt dat de rechtbank de medische grondslag van het bestreden besluit heeft onderschreven en dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die aanleiding geven om van het oordeel van de deskundige af te wijken. De Raad wijst erop dat de rapportage van de behandelend psychotherapeut van appellante, dr. W.A. de Jong, niet kan leiden tot een ander oordeel, aangezien deze rapportage pas na de datum in geding is opgesteld. De Raad concludeert dat de aangevallen uitspraak, voor zover aangevochten, voor bevestiging in aanmerking komt en dat er geen termen aanwezig zijn om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de Centrale Raad van Beroep, waarbij de voorzitter en de leden de zaak hebben beoordeeld. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 29 oktober 2010, na een zitting op 17 september 2010, waar appellante en haar advocaat aanwezig waren, evenals een vertegenwoordiger van het Uwv.