ECLI:NL:CRVB:2010:BO0009

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
8 oktober 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09-537 AKW
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toekenning van kinderbijslag over meerdere jaren met betrekking tot kinderen uit een huwelijk

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 8 oktober 2010 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant, die kinderbijslag had aangevraagd voor zijn kinderen geboren uit zijn huwelijk met [naam partner]. De aanvraag voor kinderbijslag werd ingediend op 12 maart 2004 en betrof kinderen die vanaf midden jaren negentig geboren zijn. De Sociale verzekeringsbank (Svb) had eerder op 5 juli 2006 een besluit genomen waarbij kinderbijslag werd toegekend over het derde kwartaal van 1996 tot en met het tweede kwartaal van 2004. Dit besluit werd echter door de rechtbank vernietigd in een eerdere uitspraak op 5 november 2007, waarna de Svb het besluit op bezwaar van 16 januari 2008 opnieuw herzag en kinderbijslag toekende over dezelfde periode.

De rechtbank Amsterdam had in de aangevallen uitspraak van 12 december 2008 het beroep van appellant tegen het besluit van de Svb ongegrond verklaard. Appellant ging hiertegen in hoger beroep. Tijdens de zitting op 27 augustus 2010 was appellant niet aanwezig, maar de Svb werd vertegenwoordigd door mr. O.F.M. Vonk. De Raad overwoog dat het besluit op bezwaar van 16 januari 2008 geen betrekking had op het recht van appellant op kinderbijslag voor kinderen die in de jaren zestig en zeventig geboren zijn, omdat appellant in zijn aanvraag enkel kinderbijslag had aangevraagd voor de kinderen uit zijn huwelijk met [naam partner].

De Raad concludeerde dat de grief van appellant de omvang van het geding te buiten ging en bevestigde de aangevallen uitspraak. Er werd geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door M.M. van der Kade, in tegenwoordigheid van R.L. Venneman als griffier, en werd openbaar uitgesproken op 8 oktober 2010.

Uitspraak

09/537 AKW
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
U I T S P R A A K
op het hoger beroep van:
[Appellant], wonende te [woonplaats], Marokko (hierna: appellant),
tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 12 december 2008, 08/732 (hierna: aangevallen uitspraak),
in het geding tussen:
appellant
en
de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (hierna: Svb).
Datum uitspraak: 8 oktober 2010
I. PROCESVERLOOP
Appellant heeft hoger beroep ingesteld.
De Svb heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 27 augustus 2010. Appellant is aldaar niet verschenen. De Svb heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. O.F.M. Vonk.
II. OVERWEGINGEN
1.1. Op 25 maart 2004 is door de Svb een formulier ontvangen, gedateerd 12 maart 2004, waarbij appellant kinderbijslag heeft aangevraagd ten behoeve van de kinderen die vanaf midden jaren negentig van de vorige eeuw geboren zijn uit zijn huwelijk met [naam partner].
1.2. Bij besluit van 12 mei 2004 heeft de Svb afwijzend beslist op de aanvraag van
12 maart 2004.
1.3. Bij besluit op bezwaar van 5 juli 2006 heeft de Svb het besluit van 12 mei 2004 herroepen en appellant op diens aanvraag van 12 maart 2004 alsnog kinderbijslag toegekend over het derde kwartaal van 1996 tot en met het tweede kwartaal van 2004.
1.4. Bij uitspraak van 5 november 2007, 05/1769, heeft de rechtbank het beroep van appellant tegen het besluit op bezwaar van 5 juli 2006 gegrond verklaard en dit besluit vernietigd.
1.5. Hierop heeft de Svb bij besluit op bezwaar van 16 januari 2008 het besluit van 12 mei 2004 opnieuw herroepen en appellant op diens aanvraag van 12 maart 2004 kinderbijslag toegekend over het tweede kwartaal van 1996 tot en met het tweede kwartaal van 2004.
2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep van appellant tegen het besluit op bezwaar van 16 januari 2008 ongegrond verklaard.
3. Appellant heeft als enige grief tegen de aangevallen uitspraak aangevoerd dat de Svb hem ten onrechte geen of te weinig kinderbijslag heeft toegekend voor vijf in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw uit een ander huwelijk dan dat met
[naam partner] geboren kinderen.
4.1. De Raad overweegt als volgt.
4.2. Het besluit op bezwaar van 16 januari 2008 heeft geen betrekking op het recht van appellant op kinderbijslag voor in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw geboren kinderen. Dit was ook niet aangewezen, omdat appellant in zijn aanvraag van 12 maart 2004 uitsluitend kinderbijslag heeft aangevraagd ten behoeve van kinderen uit zijn huwelijk met [naam partner].
4.3. Uit overweging 4.2 volgt dat de onder 3 weergegeven grief van appellant de omvang van het geding te buiten gaat. Daarom faalt het hoger beroep van appellant en moet de aangevallen uitspraak worden bevestigd.
5. De Raad ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep,
Recht doende:
Bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze uitspraak is gedaan door M.M. van der Kade, in tegenwoordigheid van
R.L. Venneman als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 8 oktober 2010.
(get.) M.M. van der Kade.
(get.) R.L. Venneman
RH