ECLI:NL:CRVB:2010:BM6661
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van uitspraak inzake kinderbijslag onder de Algemene Kinderbijslagwet
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 26 mei 2010 uitspraak gedaan over een verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van 10 juli 2008. Verzoeker, woonachtig in Marokko, had verzocht om herziening van de uitspraak waarin zijn hoger beroep tegen een beslissing van de rechtbank Amsterdam niet-ontvankelijk was verklaard. Dit was het gevolg van het overschrijden van de termijn voor het instellen van hoger beroep. In zijn verzoek om herziening stelde verzoeker dat hij recht had op kinderbijslag op basis van de Algemene Kinderbijslagwet en dat zijn zaak opnieuw moest worden bekeken.
De Raad heeft allereerst beoordeeld of de brief van verzoeker van 23 april 2009 als een verzoek om herziening kon worden gekwalificeerd. De Raad concludeerde dat de brief inderdaad als een verzoek om herziening moest worden beschouwd, maar dat verzoeker geen nieuw feit of nieuwe omstandigheid had aangedragen die volgens de relevante wetgeving, met name artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht, aanleiding zou geven tot herziening. De Raad benadrukte dat het rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak, tenzij er sprake is van nieuwe feiten of omstandigheden.
Uiteindelijk heeft de Raad het verzoek om herziening afgewezen, omdat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren gepresenteerd die de eerdere uitspraak konden ondermijnen. De Raad zag ook geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door H.J. de Mooij, in aanwezigheid van griffier J. Waasdorp, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.