ECLI:NL:CRVB:2010:BM3877
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ingangsdatum WAJONG-uitkering en beoordeling van bijzondere omstandigheden
In deze zaak gaat het om de ingangsdatum van de WAJONG-uitkering van appellant, die in hoger beroep is gegaan tegen een besluit van het Uwv. Het Uwv had op 13 februari 2007 besloten om de WAJONG-uitkering van appellant met ingang van 21 juli 2005 toe te kennen, maar had geen bijzondere omstandigheden gevonden die aanleiding gaven om de uitkering eerder te laten ingaan dan een jaar voor de aanvraagdatum. Appellant stelde dat hij tot ongeveer 2005 geen inzicht had in zijn ziektebeeld, waardoor hij de uitkering pas in 2006 aanvroeg.
De Centrale Raad van Beroep heeft het hoger beroep op 7 mei 2010 behandeld. Tijdens de zitting op 9 april 2010 was appellant aanwezig, bijgestaan door zijn gemachtigde, en het Uwv werd vertegenwoordigd door W.F. Bergman. De Raad heeft de zaak beoordeeld aan de hand van de Wet Wajong, zoals die gold tot 1 januari 2010. De rechtbank had eerder het beroep van appellant ongegrond verklaard, en de Raad bevestigde deze uitspraak.
De Raad oordeelde dat appellant vanaf 1989, op basis van medische gegevens en behandelingen, had moeten begrijpen dat hij met ernstige psychische problemen te maken had. De Raad concludeerde dat er geen bewijs was dat appellant niet in staat was om eerder een aanvraag voor de WAJONG-uitkering in te dienen. De psychiatrische verklaringen die appellant in hoger beroep had ingediend, ondersteunden niet zijn stelling dat hij niet in staat was om een aanvraag in te dienen. De Raad vond geen reden voor een deskundigenonderzoek en bevestigde de uitspraak van de rechtbank, waarbij het hoger beroep van appellant werd afgewezen.