ECLI:NL:CRVB:2010:BL9371
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- G.J.H. Doornewaard
- C.W.J. Schoor
- J. Brand
- Rechtspraak.nl
Weigering van WIA-uitkering op basis van medische en arbeidskundige beoordeling
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht, waarin het beroep tegen het besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) ongegrond werd verklaard. Het Uwv had in een besluit op bezwaar van 14 maart 2008 vastgesteld dat appellant per 21 augustus 2007 geen recht had op een uitkering op grond van de Wet WIA. De rechtbank oordeelde dat het Uwv de medische beperkingen van appellant correct had vastgesteld en dat de functies die aan de schatting ten grondslag lagen, passend waren voor appellant.
Appellant, vertegenwoordigd door mr. J.T.F. van Berkel, heeft in hoger beroep aangevoerd dat de rechtbank ten onrechte tot haar oordeel is gekomen. De Centrale Raad van Beroep heeft echter geoordeeld dat de gronden van appellant, die betrekking hebben op de medische geschiktheid van de functies, niet slagen. De Raad heeft vastgesteld dat er geen nieuwe gezichtspunten zijn ingebracht die de eerder vastgestelde medische beperkingen in twijfel trekken. De Raad heeft de overwegingen van de rechtbank overgenomen en bevestigd dat de functies, gezien de belastende aspecten, medisch passend zijn voor appellant.
De Raad heeft ook de rapportage van de bezwaararbeidsdeskundige in overweging genomen, die de geschiktheid van de functies verder toelichtte. De Raad concludeert dat de aangevallen uitspraak moet worden bevestigd en dat er geen termen zijn voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan op 26 maart 2010 door de Centrale Raad van Beroep, met G.J.H. Doornewaard als voorzitter en C.W.J. Schoor en J. Brand als leden.