ECLI:NL:CRVB:2010:BL6140
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- A.J. Schaap
- H.R. Geerling-Brouwer
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag voor toeslag op grond van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 11 februari 2010 uitspraak gedaan over de afwijzing van een aanvraag voor een toeslag op grond van artikel 19 van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 (WUBO). De appellant, geboren in 1931, had in september 2007 een aanvraag ingediend bij de Raadskamer WUBO van de Pensioen- en Uitkeringsraad, maar deze aanvraag werd afgewezen op 16 mei 2008. De afwijzing was gebaseerd op het feit dat appellant niet voldoende had aangetoond dat hij was getroffen door oorlogsgeweld zoals bedoeld in de Wet. Het bestreden besluit werd gehandhaafd na bezwaar, en de Raad heeft de zaak in beroep behandeld.
Tijdens de zitting op 14 januari 2010 werd appellant vertegenwoordigd door zijn advocaat, mr. S.N. Ketting. De verweerster, vertegenwoordigd door A.T.M. Vroom-van Berckel, stelde dat er geen bewijs was dat appellant daadwerkelijk was getroffen door oorlogsgeweld. Appellant had verklaard dat hij in 1945 tijdens het rapen van aardappels in Oosterbeek door granaatscherven was geraakt, maar de Raad vond deze verklaring niet voldoende onderbouwd. Er waren geen archiefgegevens of getuigen die zijn verhaal konden bevestigen.
De Raad concludeerde dat de grieven van appellant niet voldoende waren om het bestreden besluit te weerleggen. De Raad oordeelde dat de verweerster geen aanleiding had hoeven zien voor een medisch onderzoek, en dat de afwijzing van de aanvraag terecht was. De uitspraak eindigde met de verklaring dat het beroep ongegrond werd verklaard, zonder dat er termen aanwezig waren voor vergoeding van proceskosten.