ECLI:NL:CRVB:2009:BK4771
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Herziening van WAO-uitkering en beoordeling van arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 november 2009 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 5 november 2008. Appellante, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. M.P. de Witte, heeft hoger beroep ingesteld tegen het besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) van 18 januari 2008, waarbij haar WAO-uitkering per 5 augustus 2007 werd herzien naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 15 tot 25%. De Raad heeft het hoger beroep van appellante ongegrond verklaard en de aangevallen uitspraak bevestigd.
De Raad overweegt dat de psychiater Van Koningsveld, geraadpleegd door het Uwv, in zijn rapportage van 17 december 2007 geen nieuwe beperkingen heeft vastgesteld ten opzichte van de eerder door de (bezwaar)verzekeringsartsen vastgelegde functionele mogelijkheden. De Raad concludeert dat appellante gebaat is bij een zinvolle dagbesteding en dat de gronden die appellante in hoger beroep heeft aangevoerd niet leiden tot de conclusie dat de rechtbank ten onrechte het besluit van het Uwv heeft gehandhaafd.
Daarnaast heeft de Raad geen onderbouwing gevonden in het Plaatsingsplan Methodiek Different van het Reïntegratiebedrijf Solutions, dat op 16 maart 2008 is gedateerd, voor de stelling van appellante dat zij op de datum in geding niet beschikte over duurzaam benutbare mogelijkheden tot het verrichten van arbeid. De Raad wijst erop dat de omstandigheid dat het re-integratieproject inmiddels stil ligt, niet van invloed is op de beoordeling van de arbeidsongeschiktheid. De Raad bevestigt zijn vaste rechtspraak dat problemen met re-integratie niet op een schatting van invloed zijn.