ECLI:NL:CRVB:2009:BJ9383
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Ongegrond verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep wegens niet tijdige betaling griffierecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 oktober 2009 uitspraak gedaan over het verzet van appellante tegen een eerdere uitspraak van de Raad van 9 december 2008. In die uitspraak werd het hoger beroep van appellante niet-ontvankelijk verklaard omdat het verschuldigde griffierecht niet tijdig was betaald. Appellante had verzet aangetekend tegen deze beslissing, maar tijdens de zitting op 21 augustus 2009 waren partijen niet verschenen.
De Raad overwoog dat het griffierecht pas op 13 mei 2009 was ontvangen, wat buiten de gestelde termijn viel. De Raad concludeerde dat er geen reden was om te oordelen dat appellante niet in verzuim was geweest. De argumenten die appellante in het verzetschrift naar voren had gebracht, boden geen aanknopingspunten voor het oordeel dat de eerdere uitspraak niet in stand kon blijven.
Daarom verklaarde de Centrale Raad van Beroep het verzet ongegrond. Het te laat betaalde griffierecht van € 107,-- zal door de griffier aan appellante worden terugbetaald. De Raad zag geen aanleiding om appellante te veroordelen in de kosten van het verzet. De uitspraak werd openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter T.G.M. Simons en griffier M. Koopman.