ECLI:NL:CRVB:2009:BJ8727
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.C. Bruning
- P.W.J. Hospel
- Rechtspraak.nl
Fictieve weigering van het nemen van een beslissing op bezwaar door de Commandant Defensie Inlichtingen- en Veiligheidsinstituut
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de fictieve weigering van de Commandant Defensie Inlichtingen- en Veiligheidsinstituut om een beslissing te nemen op het bezwaar van appellant. Appellant had op 22 juli 2008 bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van zijn verzoek om compensatie voor extra reistijd, veroorzaakt door het uitstel van de verhuizing van het Defensie Inlichtingen- en Veiligheidsinstituut. Op 6 augustus 2009 heeft appellant beroep ingesteld tegen de vermeende fictieve weigering van de commandant om een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen, zoals eerder bevolen door de rechtbank op 24 juni 2009.
De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat de commandant niet tijdig een nieuwe beslissing heeft genomen, wat in strijd is met de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad heeft overwogen dat het niet tijdig nemen van een besluit gelijkgesteld kan worden met een besluit in de zin van de Awb. De commandant was verplicht om binnen zes weken na de uitspraak van 24 juni 2009 een nieuwe beslissing te nemen, maar deze termijn was overschreden op het moment dat appellant zijn beroepschrift indiende.
De Raad heeft het beroep van appellant gegrond verklaard en het niet tijdig nemen van een nieuw besluit vernietigd. De commandant is opgedragen om binnen vier weken na de uitspraak een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen. Daarnaast is de commandant veroordeeld tot het betalen van de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 80,50. Deze uitspraak is gedaan door M.C. Bruning, in tegenwoordigheid van P.W.J. Hospel als griffier, en is openbaar uitgesproken op 24 september 2009.