ECLI:NL:CRVB:2009:BJ8017

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
19 september 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08/6301 WAO
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herziening van WAO-uitkering naar arbeidsongeschiktheid van 45 tot 55%

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 18 september 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep over de herziening van de WAO-uitkering van appellante. De zaak betreft een besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) van 31 oktober 2007, waarbij de WAO-uitkering van appellante met ingang van 12 juni 2007 werd herzien naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 45 tot 55%. De rechtbank had eerder het beroep van appellante tegen dit besluit ongegrond verklaard, waarbij zij oordeelde dat het besluit op een juiste medische grondslag berustte en dat de bezwaararbeidsdeskundige voldoende had gemotiveerd waarom de geselecteerde functies geschikt waren voor appellante.

In hoger beroep heeft appellante aangevoerd dat de rechtbank de ernst van haar klachten en beperkingen miskent en dat zij zich in het geheel niet belastbaar acht voor arbeid. De Centrale Raad van Beroep heeft echter geoordeeld dat appellante haar stellingen in hoger beroep op geen enkele wijze heeft onderbouwd. De Raad heeft in de gedingstukken geen aanknopingspunten gevonden voor de juistheid van de door appellante gestelde klachten en beperkingen.

De Raad heeft zich verenigd met het oordeel van de rechtbank en heeft de aangevallen uitspraak bevestigd. Tevens heeft de Raad geen termen aanwezig geacht voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door J. Brand, in tegenwoordigheid van A.E. van Rooij als griffier, en is openbaar uitgesproken op 18 september 2009.

Uitspraak

08/6301 WAO
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
U I T S P R A A K
op het hoger beroep van:
[Appellante], wonende te [woonplaats] (hierna: appellante),
tegen de uitspraak van de rechtbank Alkmaar van 15 september 2008, 07/3211
(hierna: aangevallen uitspraak),
in het geding tussen:
appellante
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
(hierna: Uwv).
Datum uitspraak: 18 september 2009
I. PROCESVERLOOP
Namens appellante heeft mr. A.G.B. Bergenhenegouwen, werkzaam bij ARAG Rechtsbijstand te Leusden, hoger beroep ingesteld.
Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 7 augustus 2009.Appellante is niet verschenen. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. C. Vork.
II. OVERWEGINGEN
1. Bij besluit van 31 oktober 2007 heeft het Uwv, beslissend op bezwaar, gehandhaafd zijn besluit de WAO-uitkering van appellante met ingang van 12 juni 2007 te herzien naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 45 tot 55%.
2. De rechtbank heeft bij de aangevallen uitspraak het door appellante tegen het besluit van 31 oktober 2007 ingestelde beroep ongegrond verklaard. De rechtbank heeft hiertoe, kort samengevat, overwogen dat het besluit van 31 oktober 2007 op een juiste medische grondslag berust en dat de bezwaararbeidsdeskundige voldoende heeft gemotiveerd waarom de geselecteerde functies geschikt zijn voor appellante.
3. In hoger beroep heeft appellante aangevoerd dat de rechtbank de ernst van haar klachten en beperkingen miskent. Zij acht zich in het geheel niet belastbaar met arbeid.
4.1. De Raad verenigt zich met het oordeel van de rechtbank en onderschrijft de daaraan in de aangevallen uitspraak ten grondslag gelegde overwegingen. Hetgeen appellante in hoger beroep heeft gesteld is door appellante op geen enkele wijze onderbouwd. De Raad heeft in de gedingstukken ook geen aanknopingspunten gevonden voor de juistheid van hetgeen door appellante is gesteld.
4.2. Uit het vorenstaande volgt dan ook dat het hoger beroep geen doel treft. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd.
5. Voor een proceskostenveroordeling acht de Raad geen termen aanwezig.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep,
Recht doende:
Bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze uitspraak is gedaan door J. Brand, in tegenwoordigheid van A.E. van Rooij als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 18 september 2009.
(get.) J. Brand.
(get.) A.E. van Rooij.
KR