ECLI:NL:CRVB:2009:BJ7965

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
27 augustus 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08-2328 WAO
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van de uitspraak en het besluit inzake WAO-uitkering

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 augustus 2009 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 17 maart 2008. Appellant had hoger beroep ingesteld tegen een besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) dat zijn WAO-uitkering per 3 november 2006 had herzien naar een lagere mate van arbeidsongeschiktheid. De rechtbank had het beroep van appellant tegen dit besluit ongegrond verklaard.

Tijdens de procedure heeft het Uwv op 15 juli 2009 een nieuw besluit genomen, waarin het bezwaar van appellant alsnog gegrond werd verklaard. Dit nieuwe besluit hield in dat de uitkering van appellant met ingang van 3 november 2006 onveranderd op een mate van arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100% blijft gebaseerd. De Raad constateerde dat het Uwv het eerder ingenomen standpunt in het bestreden besluit niet langer handhaafde.

De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat het bestreden besluit, evenals de aangevallen uitspraak, geen stand konden houden. De Raad heeft de aangevallen uitspraak en het bestreden besluit vernietigd. Tevens werd bepaald dat het Uwv het betaalde griffierecht van € 144,-- aan appellant diende te vergoeden. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met T.L. de Vries als voorzitter en H.J. de Mooij en F.A.M. Stroink als leden, in aanwezigheid van griffier W. Altenaar.

Uitspraak

08/2328 WAO
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
U I T S P R A A K
op het hoger beroep van:
[Appellant], wonende te [woonplaats] (hierna: appellant),
tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 17 maart 2008, 07/644 (hierna: aangevallen uitspraak),
in het geding tussen:
appellant
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, (hierna: Uwv).
Datum uitspraak: 27 augustus 2009
I. PROCESVERLOOP
Appellant heeft hoger beroep ingesteld.
Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend en desgevraagd stukken overgelegd.
Bij faxbericht van 15 juli 2009 heeft het Uwv de Raad een nieuw besluit van gelijke datum doen toekomen.
Het geding is ter behandeling aan de orde gesteld ter zitting van 16 juli 2009, waar partijen - het Uwv met kennisgeving - niet zijn verschenen.
II. OVERWEGINGEN
1.1. Bij besluit van 28 april 2006 heeft het Uwv de aan appellant toegekende uitkering krachtens de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), welke werd berekend naar een mate van 80 tot 100%, per 3 november 2006 herzien naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 35 tot 45%.
1.2. Bij besluit op bezwaar van 3 januari 2007 (hierna: bestreden besluit) heeft het Uwv het bezwaar van appellant tegen het besluit van 28 april 2006 ongegrond verklaard.
2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard.
3.1. Bij de in rubriek I van deze uitspraak vermelde gewijzigde beslissing op bezwaar van 15 juli 2009 heeft het Uwv het bezwaar van appellant tegen het besluit van 28 april 2006 alsnog gegrond geacht. Besloten is dat de uitkering van appellant met ingang van 3 november 2006 onveranderd gebaseerd blijft op een mate van arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%.
3.2. De Raad stelt vast dat het Uwv het in het bestreden besluit vervatte standpunt niet langer handhaaft. Dit heeft tot gevolg dat het bestreden besluit, evenals de aangevallen uitspraak waarbij dit besluit in stand is gelaten, geen stand kan houden. De aangevallen uitspraak zal worden vernietigd evenals het bestreden besluit.
4. De Raad acht geen termen aanwezig om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep;
Recht doende:
Vernietigt de aangevallen uitspraak;
Verklaart het beroep gegrond;
Vernietigt het bestreden besluit;
Bepaalt dat het Uwv aan appellant het betaalde griffierecht van € 144,-- vergoedt.
Deze uitspraak is gedaan door T.L. de Vries als voorzitter en H.J. de Mooij en F.A.M. Stroink als leden, in tegenwoordigheid van W. Altenaar als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 27 augustus 2009
(get.) T.L. de Vries.
(get.) W. Altenaar.
IA