ECLI:NL:CRVB:2009:BJ5416
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van uitspraak inzake sociale verzekeringswetgeving
In deze zaak heeft verzoekster, wonende in Marokko, een verzoek ingediend tot herziening van een eerdere uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 24 juli 2008. Dit verzoek was gericht tegen de beslissing van de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb) met betrekking tot de verzekeringsstatus van de echtgenoot van verzoekster ten tijde van zijn overlijden op 21 januari 1996. De Centrale Raad van Beroep heeft op 6 augustus 2009 uitspraak gedaan in deze herzieningsprocedure.
De Raad overweegt dat het bijzondere rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak, tenzij er sprake is van nieuwe feiten of omstandigheden. Verzoekster heeft in haar verzoek geen nieuwe feiten of omstandigheden aangedragen die voldoen aan de cumulatieve voorwaarden zoals omschreven in artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad concludeert dat verzoekster met haar verzoek kennelijk heeft beoogd om op basis van reeds bekende gegevens een hernieuwde discussie te voeren, wat niet passend is voor het rechtsmiddel van herziening.
Daarom heeft de Centrale Raad van Beroep het verzoek om herziening afgewezen. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door H.J. de Mooij, in aanwezigheid van griffier W. Altenaar, en is openbaar uitgesproken op 6 augustus 2009.