ECLI:NL:CRVB:2009:BJ3858

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
24 juli 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08-1964 WAO
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Intrekking van WAO-uitkering en beoordeling van beperkingen door verzekeringsarts

In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht, waarin het beroep tegen het besluit van het Uwv om de WAO-uitkering van appellante in te trekken, ongegrond werd verklaard. De rechtbank had geoordeeld dat het Uwv de uitkering met ingang van 28 november 2006 terecht had ingetrokken. Appellante stelde in haar hoger beroepschrift dat de verzekeringsarts in de Functionele Mogelijkheden Lijst (FML) onvoldoende rekening had gehouden met haar beperkingen. Echter, appellante heeft deze stelling niet onderbouwd met bewijs of argumenten. De Centrale Raad van Beroep heeft de gedingstukken bekeken en geen aanknopingspunten gevonden voor de juistheid van de stellingen van appellante. De Raad heeft zich verenigd met het oordeel van de rechtbank en de overwegingen die aan de aangevallen uitspraak ten grondslag lagen onderschreven. Het hoger beroep van appellante werd derhalve ongegrond verklaard en de aangevallen uitspraak werd bevestigd. De Raad zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

08/1964 WAO
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
U I T S P R A A K
op het hoger beroep van:
[Appellante], wonende te [woonplaats] (hierna: appellante)
tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht van 7 maart 2008, 07/329 (hierna: aangevallen uitspraak),
in het geding tussen
appellante
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv).
Datum uitspraak: 24 juli 2009
I. PROCESVERLOOP
Namens appellante heeft mr. C.J.M. Ackermans, werkzaam bij ARAG Rechtsbijstand te Roermond, hoger beroep ingesteld.
Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.
De behandeling van de zaak is aan de orde gesteld ter zitting van 12 juni 2009. Partijen zijn met kennisgeving niet verschenen.
II. OVERWEGINGEN
1. Voor de in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden verwijst de Raad naar de aangevallen uitspraak. De Raad volstaat met het volgende.
2. De rechtbank heeft bij de aangevallen uitspraak het beroep van appellante tegen het bestreden besluit van 2 februari 2007, waarbij het Uwv de WAO-uitkering van appellante met ingang van 28 november 2006 heeft ingetrokken, ongegrond verklaard.
3. Appellante heeft in haar hoger beroepschrift gesteld dat de verzekeringsarts in de Functionele Mogelijkheden Lijst (FML) onvoldoende rekening heeft gehouden met haar beperkingen.
4.1. De Raad verenigt zich met het oordeel van de rechtbank en onderschrijft de daaraan in de aangevallen uitspraak ten grondslag gelegde overwegingen. Hetgeen appellante in hoger beroep heeft gesteld is door appellante op geen enkele wijze onderbouwd. De Raad heeft in de gedingstukken ook geen aanknopingspunten gevonden voor de juistheid van hetgeen door appellante is gesteld.
4.2. Het hoger beroep van appellante treft derhalve geen doel. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd.
5. De Raad ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep;
Recht doende:
Bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze uitspraak is gedaan door J. Brand, in tegenwoordigheid van A.L. de Gier als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 24 juli 2009.
(get.) J. Brand.
(get.) A.L. de Gier.
EV