ECLI:NL:CRVB:2009:BI1551
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.C. Stam
- R.V. Benza
- Rechtspraak.nl
Intrekking van WAO-uitkering en geschiktheid van functies voor appellant
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 april 2009 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de intrekking van zijn WAO-uitkering door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Appellant, die zijn werk als timmerman had gestaakt wegens psychische klachten, had in 2004 een WAO-uitkering toegekend gekregen. Het Uwv had op 1 september 2005 de uitkering per 18 oktober 2005 ingetrokken, en dit besluit was later bevestigd op 22 maart 2006. Appellant stelde dat de medische grondslag voor de intrekking onvoldoende was en dat de functies die hem waren voorgehouden niet geschikt waren voor hem.
De Raad overwoog dat de bezwaarverzekeringsarts appellant had onderzocht en dat de medische gegevens die aan het besluit ten grondslag lagen, voldoende actueel waren. De bezwaararbeidsdeskundige had vier functies geselecteerd die voor appellant geschikt werden geacht, ondanks zijn beperkingen. Appellant betwistte de geschiktheid van deze functies en voerde aan dat de markeringen in de functieanalyse onvoldoende waren toegelicht. De Raad oordeelde echter dat de bezwaararbeidsdeskundige voldoende had toegelicht waarom de functies geschikt waren, en dat de bezwaarverzekeringsarts de afwezigheid van de lawaaibeperking adequaat had verantwoord.
De Raad concludeerde dat het hoger beroep van appellant niet slaagde en bevestigde de aangevallen uitspraak van de rechtbank, die het beroep ongegrond had verklaard. De Raad zag geen aanleiding voor een kostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier R.V. Benza en is openbaar uitgesproken.