ECLI:NL:CRVB:2009:BI1192
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beperking terugwerkende kracht herziening kinderbijslag door Sociale verzekeringsbank
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 april 2009 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant, die in beroep was gegaan tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. Appellant had bezwaar gemaakt tegen besluiten van de Sociale verzekeringsbank (Svb) met betrekking tot de kinderbijslag voor zijn kind, [M.], geboren in 1978. De Svb had in eerdere procedures al vastgesteld dat appellant met ingang van het vierde kwartaal van 1998 geen recht meer had op kinderbijslag. In het bestreden besluit van 27 november 2006 had de Svb het bezwaar van appellant gedeeltelijk gegrond verklaard, maar de terugwerkende kracht van de herziening van de kinderbijslag was beperkt tot de helft van het te veel betaalde bedrag, namelijk € 2.349,22. Appellant was het hier niet mee eens en heeft hoger beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 26 februari 2009 was appellant niet verschenen, maar de Svb werd vertegenwoordigd door J.Y. van den Berg. De Raad heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de Svb in redelijkheid heeft kunnen besluiten om de terugwerkende kracht van de herziening van de kinderbijslag te beperken. De Raad verwees naar eerdere uitspraken waarin soortgelijke overwegingen zijn gemaakt. De Raad oordeelde dat appellant bekend had moeten zijn met de voorwaarden voor het recht op kinderbijslag, gezien eerdere weigeringen van de Svb. De Raad heeft ook geen termen aanwezig geacht om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht, wat betekent dat er geen proceskostenvergoeding werd toegekend aan appellant.
De Centrale Raad van Beroep bevestigde de aangevallen uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de Svb met alle relevante aspecten rekening had gehouden bij het nemen van haar besluiten. De uitspraak werd gedaan door M.M. van der Kade, in tegenwoordigheid van griffier W. Altenaar, en werd openbaar uitgesproken op 9 april 2009.