ECLI:NL:CRVB:2009:BI0865
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake WAO
In deze zaak heeft verzoeker, vertegenwoordigd door mr. W.C. de Jonge, een verzoek tot herziening ingediend van een eerdere uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 31 augustus 2007, met nummer 04/5665 WAO. Het verzoek is gedaan op grond van evidente onjuistheid, foutieve uitleg van de eigen jurisprudentie en nieuwe feiten en omstandigheden. De Centrale Raad van Beroep heeft op 10 april 2009 uitspraak gedaan in deze herzieningsprocedure.
Tijdens de zitting op 27 februari 2009 is verzoeker niet verschenen, terwijl het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) vertegenwoordigd was door mr. H. van Wijngaarden. De Raad heeft overwogen dat voor een herziening op grond van artikel 8:88, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) nieuwe feiten of omstandigheden noodzakelijk zijn. De Raad heeft vastgesteld dat verzoeker geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangedragen die aanleiding geven tot herziening van de eerdere uitspraak.
Daarom heeft de Centrale Raad van Beroep het verzoek om herziening afgewezen. De Raad heeft ook geen termen aanwezig geacht om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Awb, wat betreft de proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.