ECLI:NL:CRVB:2009:BH0183
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking van WAO-uitkering en hoger beroep tegen besluit Uwv
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam, waarin de rechtbank het beroep ongegrond heeft verklaard. Appellant, vertegenwoordigd door mr. M.L.J. Schilt-Thissen, heeft hoger beroep ingesteld tegen het besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) van 12 mei 2006, waarbij de WAO-uitkering van appellant per 21 september 2005 is ingetrokken. Het Uwv heeft dit besluit gebaseerd op het advies van zijn bezwaarverzekeringsarts, die heeft geconcludeerd dat appellant door ziekte of gebrek geen arbeidsbeperkingen ondervindt.
Tijdens de zitting op 5 december 2008 heeft appellant zijn standpunt herhaald dat zijn lichamelijke en psychische klachten hem verhinderen om loonvormende arbeid te verrichten. De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten vastgesteld zoals deze door de rechtbank zijn vastgesteld en niet bestreden zijn door partijen. De Raad heeft de in hoger beroep overgelegde medische gegevens beoordeeld, maar deze gegevens zijn van na de datum in geding en hebben geen invloed op de beoordeling van de zaak.
De Raad heeft geconcludeerd dat het hoger beroep niet slaagt en kan zich volledig verenigen met de uitspraak van de rechtbank. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door R.C. Stam en is openbaar uitgesproken op 16 januari 2009.