ECLI:NL:CRVB:2008:BE9013
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep inzake sociale zekerheidswetgeving
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 21 augustus 2008 uitspraak gedaan in het verzet tegen een eerdere beslissing waarbij het hoger beroep van appellanten niet-ontvankelijk was verklaard. De appellanten, vertegenwoordigd door mr. D. Abotay, hadden hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 16 januari 2008. De Raad had eerder op 29 juli 2008 geoordeeld dat de gronden voor het hoger beroep niet tijdig waren ingediend, omdat deze niet binnen de gestelde termijn van vier weken waren ontvangen. Echter, tijdens de verzetprocedure kwam naar voren dat de gronden van het hoger beroep op 16 mei 2008 per fax waren ingediend, wat de Raad als tijdig beschouwde.
De Raad oordeelde dat de eerdere uitspraak van 29 juli 2008 vervalt, omdat de appellanten wel degelijk aan de vereisten van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) hadden voldaan. De Raad heeft het verzet gegrond verklaard en het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die zijn begroot op € 161,--. Deze kosten zijn verschuldigd aan de appellanten in het kader van de verzetsprocedure. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier, W. Altenaar, en is openbaar uitgesproken.