ECLI:NL:CRVB:2008:BD3574

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
30 mei 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07-1408 WAO
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Herziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake WAO

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 30 mei 2008 uitspraak gedaan op het verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van 10 januari 2007, betreffende de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO). Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. W.C. de Jonge, heeft verzocht om herziening op basis van evidente onjuistheid, foutieve uitleg van de eigen jurisprudentie en nieuwe feiten en omstandigheden. Het verzoek is ingediend na de eerdere uitspraak waarin de aanspraken van verzoeker niet naar behoren zouden zijn erkend.

De Raad overweegt dat herziening alleen mogelijk is indien er sprake is van nieuwe feiten of omstandigheden, zoals bedoeld in artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Na beoordeling van het aanvullende verzoekschrift en het stuk van Instituut Psychosofia, concludeert de Raad dat er geen nieuw feit of nieuwe omstandigheid is aangetoond die aanleiding geeft tot herziening. De door verzoeker aangedragen argumenten zijn niet voldoende om de eerdere uitspraak te herzien.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om herziening af en stelt dat er geen termen zijn voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier M.W.A. Schimmel en is openbaar uitgesproken. De Raad benadrukt dat de mogelijkheid tot herziening strikt is en alleen kan worden toegepast in gevallen waar daadwerkelijk nieuwe informatie aan de orde is.

Uitspraak

07/1408 WAO
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
U I T S P R A A K
op het verzoek om herziening van de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 10 januari 2007, 05/1494 WAO, in het geding tussen:
[Verzoeker] (hierna: verzoeker),
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv)
Datum uitspraak: 30 mei 2008
I. PROCESVERLOOP
Mr. W.C. de Jonge, advocaat te Vlaardingen, heeft namens verzoeker verzocht om herziening van de uitspraak van de Raad van 10 januari 2007, 05/1494 WAO.
Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 18 april 2008.
Verzoeker is in persoon verschenen, bijgestaan door mr. De Jonge.
Het Uwv is niet verschenen.
II. OVERWEGINGEN
1. Verzoeker heeft verzocht om "herziening op grond van evidente onjuistheid, foutieve uitleg van de eigen jurisprudentie en op grond van nieuwe feiten en omstandigheden". Verzoeker is van mening dat zijn aanspraken bij de bestreden uitspraak niet naar behoren zijn erkend. De gronden van het verzoek zijn uiteengezet in het aanvullende verzoekschrift van 7 mei 2007 en het daarbij overgelegde stuk van Instituut Psychosofia van 3 april 2007 (medische adstructie 4).
2.1. De Raad overweegt dat de door de gemachtigde van verzoeker gewenste hernieuwde discussie over de betrokken zaak en de juistheid van de bestreden uitspraak niet kan worden gevoerd, tenzij sprake is van nieuwe feiten of omstandigheden als bedoeld in artikel 8:88, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2.2. De Raad heeft echter noch in het aanvullende verzoekschrift noch in het stuk van Instituut Psychosofia enig nieuw feit of enige nieuwe omstandigheid als bedoeld in artikel 8:88 van de Awb kunnen ontwaren. Daarom dient het verzoek om herziening te worden afgewezen.
3. Er zijn geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep,
Recht doende:
Wijst het verzoek om herziening af.
Deze uitspraak is gedaan door J. Janssen als voorzitter en G.J.H. Doornewaard en J. Brand als leden.
De beslissing is, in tegenwoordigheid van M.W.A. Schimmel als griffier, uitgesproken in het openbaar op 30 mei 2008.
(get.) J. Janssen.
(get.) M.W.A. Schimmel.
TM