ECLI:NL:CRVB:2008:BC5524
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- G.J.H. Doornewaard
- M.C.T.M. Sonderegger
- J. Brand
- A.T. de Kwaasteniet
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van arbeidsongeschiktheid en WAO-schatting
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam, waarin het beroep van appellante tegen het besluit van het Uwv ongegrond werd verklaard. Het Uwv had de mate van arbeidsongeschiktheid van appellante per 8 november 2004 vastgesteld op 35-45%, wat appellante betwistte. Appellante, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. E.G. Karel, stelde dat zij meer beperkt was dan het Uwv had vastgesteld en dat de rechtbank ten onrechte geen nader medisch onderzoek had bevolen. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de door het Uwv ingeschatte beperkingen voldoende onderbouwd waren en dat er geen aanleiding was om te twijfelen aan de conclusies van de verzekeringsartsen. De Raad concludeerde dat de ervaringen van appellante in haar werk als administratief medewerkster niet als maatgevend konden worden aangemerkt, omdat deze subjectief van aard waren. De Raad bevestigde de aangevallen uitspraak en oordeelde dat het hoger beroep van appellante niet slaagde. Er waren geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling.