ECLI:NL:CRVB:2008:BC5351
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake de ingangsdatum van de hoge eigen bijdrage in de AWBZ
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Utrecht van 25 augustus 2006, waarin het beroep tegen een besluit van het dagelijks bestuur van het Instituut Zorgverzekering Ambtenaren Nederland (IZA) ongegrond werd verklaard. Appellant, geboren in 1925, is sinds 22 december 2004 opgenomen in verpleeginstelling Waerthove te Sliedrecht. Het Zorgkantoor Waardenland had op 4 juli 2005 de hoge eigen bijdrage van appellant vastgesteld op € 1.444,84, met ingang van 2 mei 2005. IZA heeft op 5 december 2005 het bezwaar van appellant tegen dit besluit gegrond verklaard, maar alleen voor wat betreft de ingangsdatum van de hoge eigen bijdrage, die werd vastgesteld op 31 juli 2005.
Appellant heeft hoger beroep ingesteld, waarbij hij aanvoert dat de rechtbank is uitgegaan van een onjuist peiljaar en een onjuist verzamelinkomen. Tijdens de zitting heeft appellant ook een beroep gedaan op artikel 1 van de Grondwet en artikel 14 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen en vastgesteld dat appellant voor de berekening van het bijdrageplichtig inkomen is uitgegaan van het peiljaar 2002, terwijl 2003 het juiste peiljaar is. De Raad heeft de grief van appellant dat IZA is uitgegaan van een onjuist verzamelinkomen verworpen, omdat deze niet onderbouwd was.
Daarnaast heeft appellant ter zitting een beroep gedaan op discriminatie op grond van handicap en ziekte, maar deze grief werd door de Raad niet in behandeling genomen, omdat deze in strijd met de goede procesorde pas ter zitting naar voren was gebracht. De Raad heeft geconcludeerd dat de aangevallen uitspraak voor bevestiging in aanmerking komt en heeft geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan door R.M. van Male, in tegenwoordigheid van S.R. Bagga als griffier, op 27 februari 2008.