ECLI:NL:CRVB:2008:BC5185
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake WAO
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 26 februari 2008 uitspraak gedaan over een verzoek tot herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 4 mei 2007. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. W.C. de Jonge, had verzocht om herziening van de uitspraak in de gedingen tussen hem en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). De herziening werd aangevraagd op basis van nieuwe feiten of omstandigheden die volgens verzoeker niet eerder bekend waren.
Tijdens de zitting op 15 januari 2008 heeft het Uwv, vertegenwoordigd door mr. H. van Wijngaarden, een verweerschrift ingediend. De Raad heeft in zijn overwegingen benadrukt dat herziening slechts mogelijk is op basis van nieuwe feiten of omstandigheden zoals bedoeld in artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad heeft vastgesteld dat verzoeker geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangedragen die aanleiding zouden geven tot herziening van de eerdere uitspraak.
De Raad heeft verder geoordeeld dat een hernieuwde discussie over de zaak en de juistheid van de eerdere uitspraak niet aan de orde kan zijn in het kader van een herzieningsverzoek. De argumenten van de gemachtigde van verzoeker over de waarde van rapporten van mevrouw Verhage zijn niet als nieuwe feiten of omstandigheden aangemerkt. De Raad heeft het verzoek om herziening dan ook afgewezen en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door H.G. Rottier, in tegenwoordigheid van griffier M. Lochs, en is openbaar uitgesproken op de datum van de uitspraak.