ECLI:NL:CRVB:2008:BC1732
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- G.J.H. Doornewaard
- J. Brand
- A.T. de Kwaasteniet
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de uitspraak van de rechtbank inzake WAO-schatting en geschiktheid van functies
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage van 8 november 2005, waarin het beroep van appellante tegen het besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) om haar WAO-uitkering per 18 augustus 2004 in te trekken, ongegrond werd verklaard. Appellante, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. J.M.M. Brouwer, heeft in hoger beroep aangevoerd dat haar psychische klachten door het Uwv zijn miskend en dat het Uwv ten onrechte geen informatie heeft opgevraagd bij haar huisarts. De Centrale Raad van Beroep heeft op 4 januari 2008 uitspraak gedaan.
De rechtbank had overwogen dat er geen aanknopingspunten waren voor het oordeel dat het Uwv van onjuiste medische beperkingen was uitgegaan. De Raad heeft echter vastgesteld dat appellante op de datum in geding niet onder behandeling was bij een huisarts of psychiater, wat de beslissing van het Uwv ondersteunt. De Raad heeft de argumenten van appellante over de belasting in de voorgehouden functies en haar opleidingsniveau beoordeeld en geconcludeerd dat de bezwaararbeidsdeskundige voldoende heeft gemotiveerd dat appellante geschikt is voor de functies van medewerker pluimveeslachterij, inpakker en laboratoriummedewerker.
De Raad heeft de aangevallen uitspraak van de rechtbank vernietigd, het beroep van appellante gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd, maar de rechtsgevolgen van dit besluit in stand gelaten. Tevens is het Uwv veroordeeld in de proceskosten van appellante tot een bedrag van € 1.288,-, te betalen aan de griffier van de Raad. Het Uwv dient ook het griffierecht van appellante van in totaal € 140,- te vergoeden.