ECLI:NL:CRVB:2007:BB9741
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- N.J. van Vulpen-Grootjans
- B.M. van Dun
- J.F. Bandringa
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake WW-uitkering en zelfstandige uren
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 28 november 2007 uitspraak gedaan op het verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van 9 augustus 2006. Verzoeker, die een WW-uitkering ontving, verzocht om herziening op basis van nieuwe feiten en omstandigheden die volgens hem niet eerder in de procedure waren meegenomen. Hij stelde dat de denkuren, die hij als zelfstandige had gemaakt, niet mochten worden meegerekend bij de berekening van zijn werkuren, omdat dit in strijd zou zijn met de universele rechten van de mens. Verzoeker betoogde dat deze uren bepalend waren voor zijn recht op WW-uitkering en dat hij hierdoor onder het maximale urencriterium viel.
De Raad heeft het verzoek om herziening afgewezen. In de overwegingen werd benadrukt dat het rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak, tenzij er sprake is van nieuwe feiten of omstandigheden. De Raad concludeerde dat de argumenten van verzoeker reeds eerder waren behandeld in de eerdere procedures en dat er geen nieuwe gronden waren aangevoerd die tot een andere uitspraak zouden kunnen leiden. De Raad oordeelde dat de door verzoeker aangevoerde feiten en omstandigheden niet nieuw waren en dat deze niet konden leiden tot herziening van de eerdere uitspraak.
De Raad heeft ook geen termen aanwezig geacht voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met N.J. van Vulpen-Grootjans als voorzitter, en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier M.D.F. de Moor.