ECLI:NL:CRVB:2007:BB6682
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Th.C. van Sloten
- G. van der Wiel
- C. van Viegen
- Rechtspraak.nl
Intrekking van bijstandsuitkering en inlichtingenplicht van eisers
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellanten tegen de uitspraak van de rechtbank Roermond, waarin hun beroep tegen een besluit van het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Venlo ongegrond werd verklaard. Appellanten ontvingen sinds 1982 bijstand, laatstelijk op basis van de Wet werk en bijstand (WWB). Het College had op 14 april 2005, en later op 3 mei 2005, de bijstandsverlening met terugwerkende kracht tot 1 november 2004 ingetrokken, omdat appellanten onvoldoende inzicht hadden gegeven in hun levensonderhoud. De rechtbank oordeelde dat appellanten op 11 juli 2005 enkele gegevens hadden overgelegd, maar deze waren onvoldoende om te voldoen aan de inlichtingenplicht zoals bedoeld in artikel 17 van de WWB.
De rechtbank stelde vast dat appellanten niet duidelijk konden maken hoeveel uren de appellant had gewerkt, ondanks eerdere verplichtingen om deze gegevens bij te houden. De rechtbank oordeelde dat de appellanten niet konden aantonen dat de administratie van de werkgever de oorzaak was van de onduidelijkheid over het aantal gewerkte uren. Ook de overgelegde bankafschriften gaven geen duidelijkheid over hun financiële situatie. Hierdoor kon het College niet vaststellen of appellanten recht hadden op bijstand.
In hoger beroep bevestigde de Centrale Raad van Beroep de uitspraak van de rechtbank. De Raad oordeelde dat het College terecht had gesteld dat appellanten onvoldoende inzicht hadden gegeven in hun levensonderhoud en dat het recht op bijstand niet kon worden vastgesteld. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en bevestigde de aangevallen uitspraak van de rechtbank.