ECLI:NL:CRVB:2007:BB2366
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.C.F. Talman
- G.L.M.J. Stevens
- J.Th. Wolleswinkel
- Rechtspraak.nl
Ontslag wegens onbekwaamheid van een ambtenaar en de beoordeling van functioneren
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht, waarin zijn beroep tegen een ontslagbesluit wegens onbekwaamheid werd afgewezen. De appellant was sinds 1 november 2002 in dienst als docent bij de gemeente Maastricht, maar werd op 8 april 2004 met buitengewoon verlof gestuurd vanwege onvoldoende functioneren. Dit werd bevestigd door twee beoordelingen die de appellant als 'onvoldoende' kwalificeerden. De rechtbank verklaarde het beroep van de appellant ongegrond, waarna hij in hoger beroep ging. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak op 16 augustus 2007 behandeld. Tijdens de zitting op 5 juli 2007 werd de appellant vertegenwoordigd door zijn advocaat, terwijl het college werd vertegenwoordigd door twee medewerkers van de gemeente Maastricht.
De Raad overwoog dat de beoordelingen van de appellant in rechte onaantastbaar waren, omdat hij te laat bezwaar had gemaakt tegen deze beoordelingen. De Raad concludeerde dat het college op goede gronden had besloten tot ontslag, aangezien de appellant niet voldeed aan de eisen van zijn functie. De Raad onderschreef de conclusie van de rechtbank dat de appellant voldoende gelegenheid had gekregen om zijn functioneren te verbeteren, maar dat er geen wezenlijke verbetering was opgetreden. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het college in redelijkheid van zijn ontslagbevoegdheid gebruik had kunnen maken. De Raad achtte geen termen aanwezig voor vergoeding van proceskosten. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met J.C.F. Talman als voorzitter.