ECLI:NL:CRVB:2007:AZ9293
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vaststelling van een eigen bijdrage in het kader van de AWBZ
In deze zaak gaat het om de vaststelling van een eigen bijdrage in het kader van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) van € 824,85 per maand, die appellant verschuldigd is vanaf 1 januari 2003. Appellant verblijft sinds 18 juli 2001 in het psychiatrisch ziekenhuis GGZ Friesland te Franeker. Univé, de Onderlinge Verzekeringsmaatschappij, heeft op 21 mei 2003 aan appellant medegedeeld dat hij deze eigen bijdrage moet betalen. Na een bezwaarprocedure heeft Univé op 2 maart 2004 het bezwaar van appellant ongegrond verklaard, waarop appellant in beroep ging bij de rechtbank Leeuwarden. De rechtbank heeft de uitspraak van Univé bevestigd en het beroep ongegrond verklaard.
Appellant heeft hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak. Tijdens de zitting op 10 januari 2007 zijn partijen niet verschenen. De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen. De Raad stelt vast dat de AWBZ en het Bijdragebesluit Zorg bepalen dat een eigen bijdrage moet worden geheven van personen die 18 jaar of ouder zijn en in een psychiatrische instelling zijn opgenomen, ongeacht de reden van opname. Appellant heeft in hoger beroep aangevoerd dat hij ten onrechte is opgenomen, maar de Raad oordeelt dat deze gronden niet slagen.
De Raad bevestigt het oordeel van de rechtbank en komt tot de conclusie dat de aangevallen uitspraak in stand blijft. Er zijn geen termen aanwezig om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht, wat betekent dat er geen proceskosten worden toegewezen. De uitspraak is gedaan door R.M. van Male en in tegenwoordigheid van R.L. Rijnen als griffier op 21 februari 2007.