ECLI:NL:CRVB:2007:AZ8127
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- D.J. van der Vos
- J. Brand
- J. Riphagen
- Rechtspraak.nl
Intrekking van WAO-uitkering na vijfdejaars herbeoordeling
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht, waarin de intrekking van haar WAO-uitkering werd bevestigd. Appellante had een uitkering ontvangen op basis van een arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%. In het kader van een vijfdejaars herbeoordeling werd een medisch onderzoek uitgevoerd, waaruit bleek dat appellante verminderd belastbaar was door rug- en nekklachten, evenals psychische klachten. De beperkingen werden vastgelegd in een Functionele Mogelijkheden Lijst (FML), waaruit bleek dat appellante in staat was om bepaalde functies te vervullen, wat leidde tot de conclusie dat zij niet langer arbeidsongeschikt was.
De Centrale Raad van Beroep heeft de grieven van appellante, die zij eerder in bezwaar en beroep had ingediend, herhaald. De Raad heeft echter geen aanknopingspunten gevonden om te twijfelen aan het medische oordeel dat aan het bestreden besluit ten grondslag lag. De (bezwaar)verzekeringsartsen hadden voldoende rekening gehouden met de rugklachten van appellante, en ook haar psychische klachten waren in de beoordeling betrokken. Appellante had geen nieuwe medische gegevens ingediend die een ander oordeel rechtvaardigden.
De Raad heeft ook de arbeidskundige kant van het besluit beoordeeld en kwam tot de conclusie dat appellante in staat was de geselecteerde functies te vervullen, waarmee zij een inkomen kon verwerven dat haar arbeidsongeschiktheid niet langer rechtvaardigde. De Raad bevestigde de aangevallen uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen aanleiding was om de intrekking van de uitkering niet rechtens juist te achten. De uitspraak werd gedaan in het openbaar op 26 januari 2007.