ECLI:NL:CRVB:2006:AZ2033
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.M. van der Kade
- N.J. van Vulpen-Grootjans
- H.J. Simon
- Rechtspraak.nl
Herziening en terugvordering van kinderbijslag in het kader van de Algemene Kinderbijslagwet
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 10 november 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep over de terugvordering van kinderbijslag door de Sociale verzekeringsbank (Svb) aan appellant, die in Marokko woont. Appellant ontving kinderbijslag voor zijn zoon Mohamed, geboren op 28 augustus 1978, tot en met het derde kwartaal van 2000. De Svb heeft echter bij besluit van 28 maart 2001, gehandhaafd bij een beslissing op bezwaar van 20 augustus 2001, de kinderbijslag voor Mohamed geweigerd met ingang van het vierde kwartaal van 1998. Dit besluit was gebaseerd op de wijziging van de Algemene Kinderbijslagwet (AKW) per 1 oktober 1986, die het recht op kinderbijslag voor studerende kinderen vanaf 18 jaar afschafte, met een overgangsregeling voor kinderen geboren voor 1 oktober 1986. De Svb stelde dat Mohamed vanaf 1 oktober 1998 een andere opleiding volgde dan op 1 oktober 1995, omdat hij van middelbaar onderwijs naar universitair onderwijs was overgestapt.
De rechtbank Amsterdam had eerder het beroep van appellant tegen de beslissingen van de Svb gegrond verklaard, maar de Svb had in hoger beroep de terugvordering van de eerder betaalde kinderbijslag van fl 10.354,- doorgezet. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de Svb niet voldoende rekening had gehouden met haar eigen beleid omtrent herziening en terugvordering van besluiten ten nadele van betrokkenen. De Raad concludeerde dat de bestreden besluiten in strijd met de zorgvuldigheid tot stand waren gekomen, omdat niet op kenbare wijze was getoetst aan het beleid van de Svb. De Raad vernietigde de aangevallen uitspraak en verklaarde de beroepen gegrond, waarbij de Svb werd opgedragen nieuwe beslissingen op bezwaar te nemen met inachtneming van de uitspraak.
De Raad oordeelde dat er geen termen aanwezig waren voor een proceskostenveroordeling. Deze uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid en het volgen van beleid bij besluiten van de Svb met betrekking tot kinderbijslag.